Kracht van God - n.a.v. 1 Korintiërs 2: 1-5 ­ bevestiging van ambtsdragers
Ds. Maarten van Loon (Dalfsen-Oost), mei2013 Liturgie
Votum en zegengroet Zingen: Psalm 127: 1, 2 Gebed om zegen Bevestiging ambtsdragers
Lezing van het formulier
Vragen aan de te bevestigen broeders (zij komen uit de kerkzaal naar voren)
Zegen
Zingen: Psalm 134: 3
`Wisseling van de wacht' (aftredende broeders worden kort toegesproken en gaan
vervolgens bij hun gezin zitten. Op dat moment nemen bevestigde broeders nemen plaats
op het `voorgestoelte'. )
Oproep aan alle ambtsdragers
Oproep aan de gemeente
Zingen: Psalm 134: 1, 2
Gebed

Lezen: 1 Kor. 1: 17-31
Zingen: Opwekking 331 (verbindt de twee gedeeltes uit 1 Kor. 1 en 2) Lezen: 1 Kor. 2:1-5 (tekst voor de preek)
Preek
Zingen: GKB gezang 163 Voorlezing van de 10 geboden
Zingen: GKB gezang 155: 4, 5 Gebed Collecte Zingen: LvK gezang 95 Zegen

Preek
Broeders en zusters en vooral jullie, pas bevestigde ouderling Hans en pas bevestigde diaken Ruud,
Harno, Karel, Eelke en Gerrit. Ik weet niet of jullie er zonet met knikkende knieën stonden. Of met een bonkend hart. Mij is niks
opgevallen, maar ik kan natuurlijk niet weten/zien wat er allemaal in je omgaat. Misschien zie je er
wel vreselijk tegenop. Voel je, nu je net bevestigd bent, dat de last al op je schouders begint te
drukken. Ik wil je niks aanpraten hoor ... ... maar het kan je zomaar gebeuren. Want er wordt nogal wat van je verwacht. Tenminste, dat idee
kun je hebben. En het zou kunnen kloppen ook. Ik merk namelijk geregeld dat we in de kerk soms
heel wat van elkaar verwachten. We leven in een tijd en cultuur waarin alles perfect moet zijn,
boeiend, pakkend, flitsend. En die tijdgeest die sijpelt door naar de kerk. Het optreden van
ambtsdragers in de kerk moet kwaliteit hebben. Een beetje hakkelen, stuntelen ­ daar kunnen we
niet tegen. Kortom, we leggen de lat soms best hoog voor elkaar. Ik zei al: ik merk dat in de praktijk soms ook.
En daarom wil ik vanmorgen eens een andere kant laten zien.
En daarmee wil vooral jullie ­ maar tegelijk iedereen hier ­ bemoedigen.
Dat wil ik doen vanuit 1 Kor. 2 ­ die verzen de we net gelezen hebben. In dat stukje vertelt Paulus over zichzelf, hoe zijn optreden was in Korinte.
Zoveel is al wel duidelijk: dat was geen beste beurt die Paulus daar maakte.
Het was een slap optreden van Paulus. Niet flitsend, geen mooie, lopende zinnen, geen strak betoog
waar geen speld tussen te krijgen is. Nee, Paulus was zelf angstig en zenuwachtig. Moet je nagaan, die grote Paulus ­ want dat is hij in onze ogen toch? ­ bakt er niks van!
Weet u, weet je: ik vind dat heerlijk om te lezen! Heerlijk.
Zo'n man, op nog veel specialere wijze dan jullie of wie dan ook, geroepen door Jezus zelf. Zo'n man
staat te stuntelen! Ik zal niet zeggen: neem daar maar een voorbeeld aan. Ga ook maar staan stuntelen. Zo moet het. Je
mag zelfs niet eens mooie zinnen formuleren enzovoort. Ik ga er straks nog iets dieper op in. Maar
het zal duidelijk zijn: zwak optreden kan natuurlijk nooit een doel op zich zijn. Maar de vraag is even: was is eigenlijk zwak? Naar de maatstaven van die Korintiërs was Paulus'
optreden absoluut zwak. Net als wij verlangen zij ook kwaliteit. Dus Paulus zakte door het ijs.
Maar nou moeten we allemaal even opletten. Want kijk eens even goed hoe Paulus nu redeneert.
Hij zegt: `ja, mijn optreden was niet geweldig, niet spectaculair.' Maar vervolgens zegt hij: `en dat
was maar goed ook! Want daardoor wordt des te duidelijker dat het niet mijn werk is, mijn
verdienste, maar dat Gods kracht werkzaam is geweest en nog altijd is. Want Korintiërs, anders
zouden jullie toch niet zijn gaan geloven?!' Ga allemaal voor jezelf 's even na waarom je gelooft: is
dat uiteindelijk vanwege het goede optreden van ambtsdragers? De ds.? De ouderlingen? ...? Dus. Wat deed Paulus? Nou, hij deed zijn best. Hij gaf wat hij had. Wat hij niet had ­ ja, dat kon hij
ook niet geven. Hij gaf wat hij had. En wat gebeurde er toen? De Heilige Geest pakte dat op, nam het
in zijn hand en ging er verder mee aan het werk. Gods Geest ging krachtig aan het werk daar in
Korinte. Da's ook heel Bijbels: de HG brengt dingen verder. Onze stamelende gebeden bijvoorbeeld,
als we niet weten wat we vragen moeten of hoe we het zeggen moeten: de HG pakt het op, vult het
aan en brengt het voor de troon. Ik hoop dat jullie dat bemoedigend vinden. Ik iig wel. Want stel nou eens even dat het wél van mijn,
van jouw `performance' afhing, dat alles daarvan afhing ­ nou, dan zou je pas een last op je
schouders hebben zeg! Maar gelukkig: zo is het niet. Leg jezelf, Hans, Ruud, Harno, Karel, Eelke en
Gerrit die last dus ook niet op. En gemeente: verwacht dat ook niet van deze broeders. Verwacht niet
dat zij bij u thuis precies op het juiste moment elke keer de goede woorden vinden, de juiste
bladzijde uit de Bijbel weten op te doen. Verwacht van hen niet dat ze altijd uit hun woorden komen.
Dat ze alles maar weten. En verwacht dat ook niet van ze!! Alsof het daarvan afhangt. Heel belangrijk! Hier leren we juist afhankelijkheid. Het ligt niet in mijn handen, maar in Gods
handen. Hij gebruikt mijn handen wel en daar ben ik ook verantwoordelijk voor hoe ik dat doe ­
maar Hij is zelf aan het werk in zijn kerk. Hij bouwt het huis (Ps. 127). En jij ­ en dat geldt voor iedereen, op welke plek je ook bezig bent in de gemeente - in je zwakheid,
in je zenuwen, met je beperkte kennis zet je je naar vermogen in. Zoals een psalmregel zingt: in
zwakheid wordt des Heren kracht volbracht. Jij zet je in, je doet je best, natuurlijk. Maar daar houdt
het dan ook op! Dat is het punt waar je je werk in handen geeft van de Geest. Je zegt: in al mijn
zwakheid doe ik wat ik kan ­ en Heer, ik leg het in uw handen. En reken dan maar van `yes' dat Hij
door de kracht van zijn Geest wil werken. We hebben immers een Koning in de hemel! Geen aardse,
maar een hemelse koning. Een koning die vanuit de hemel actief betrokken is op wat er op aarde
gebeurt. Een koning die vanuit de hemel zijn Geest naar de aarde stuurt om krachtig werkzaam te
zijn. Hij laat ons niet alleen! Er was eens een paus, die zei: `Heer, het is uw kerk, ik ga slapen'.
Hij snapte: het is niet maakbaar in de kerk. Ik kan rennen, vliegen, draven en nog eens draven.
Maar als God de Heer het huis niet bouwt, als Hij zijn kerk niet bouwt, als Hij niet werkt met zijn
Geest, ja, dan zou het niks opleveren. En daarom had deze paus gelijk toen hij zei: `ik ga slapen'.
En dat moeten jullie ook doen. Breng de dingen als je thuis komt maar bij God, leg ze bij Hem neer.
En ga dan rustig slapen! Broeders [Hans, Ruud, Harno, Karel, Eelke en Gerrit]: vertrouw er maar op dat God werkt. Dat Hij je
wil inschakelen. Doe je best. Maar geef het dan ook gerust over. Want Gods kracht is aan het werk.
En daar rust het geloof op. Ik kom bij een tweede bemoediging. Die wil ik ontlenen aan vers 1. Als je dat vers even heel precies
vertaalt dan zegt Paulus daar niet dat hij niet over uitzonderlijke welsprekendheid of wijsheid
beschikte. Dat `beschikken' staat er nou net niet. Er staat: toen ik bij jullie kwam, kwam ik niet met
uitzonderlijke welsprekendheid of wijsheid. Dus: misschien kon Paulus het wel, maar deed hij het
niet. Expres niet. Paulus kende en beheerste de regels der kunst echt wel. Hij wist echt wel hoe hij
een mooi betoog, goed opgebouwd, volgens de regels der kunst van die tijd, moest houden. Maar
dat deed hij dus expres niet!!! En waarom niet? Daar moeten we even goed op letten. Want daar zit een heel diepe gedachte
achter. Die moeten we echt even pakken vanmorgen. Daarom zijn we begonnen te lezen bij 1,17.
Daar vertelt Paulus dat Christus hem op pad heeft gestuurd om het Evangelie te verkondingen ­maar
niet door middel van diepzinnige welsprekendheid - wat daar in die tijd voor doorging.
Dat lijkt raar, maar in dat vers zie je dat dat zeer bewust is. Want met die diepzinnige
welsprekendheid zou het kruis van Christus van zijn kracht beroofd worden! Da's een diepe! Hier moeten we even over nadenken.
De aard van het Evangelie verdraagt zich niet met diepzinnige welsprekendheid. Toen niet. En ook
niet bij wat bij ons, in onze tijd en cultuur daarvoor doorgaat. Die is trouwens iha zo diepzinnig
helemaal niet.
En daarom zegt Paulus dus in vers 1: daar kwam ik dan ook niet mee. Ik laat nu maar even in het
midden of hij dat kon of niet. Maar hier wordt duidelijk: dat moet ook helemaal niet!
Maar het kan dus ook niet! Want dat botst op de aard, het karakter van het Evangelie.
Het Evangelie is namelijk een geheim [vs. 1]. Paulus kwam daar in Korinte een geheim vertellen.
Het geheim van de gekruisigde Jezus. En dit geheim zit zo in elkaar dat het juist niet in lopende
volzinnen en sluitende argumentaties valt te vertellen.
Ik durf het zelfs wel zo te zeggen: wie over de dingen van het geloof alleen maar flitsend spreekt, wil
spreken, alleen maar in sluitende argumentaties: dan is er iets grondig fout!

Want deze boodschap heb je niet in je achterzak. Niemand staat boven deze boodschap. Nee, we
staan er allemaal onder. Niemand staat erboven. Ook als ouderling niet, als diaken niet, als dominee
niet.
De boodschap van het kruis valt niet te beredeneren. Daar ging het in het gedeelte dat we gelezen
hebben over. Het is juist een aanstootgevende boodschap. De wijsheid van Paulus' dagen vindt die
boodschap maar dwaas. Een gekruisigde. Met andere woorden: een loser.
Een god laat zich niet kruisigen, laat staan dat daar vergeving en verzoening door kan plaatsvinden. Hoe je ook redeneert, hoe welsprekend je ook bent: het laat zich niet pakken in een sluitende
redenering. Het is geen kwestie van een flitsend verhaal vertellen. Juist niet.
De boodschap, het geheim van het kruis, dat is iets waar je alleen stamelend over kunt spreken. In
halve zinnen. Want het geheim is veel te diep. Je kunt er als mens maar nauwelijks bij.
Het geloof is per definitie niet iets dat je op een TV-manier aan de man kunt brengen. Het is geen
kwestie van de goede verkooptechniek. Zo eenvoudig ligt het niet. Bij lange na niet. Die druk - dat het dus wel allemaal zo zou moeten - mag dus van je schouders. Alsof door jouw
redeneerkunst, jouw welsprekendheid als ouderling of diaken de mensen die je bezoekt wel zullen
doordringen in het geheim van Christus en dat daardoor alle pastorale en diakonale problemen als
sneeuw voor de zon verdwijnen.
Naar die vorm van welsprekendheid mag je zelfs niet eens streven.
Dit is geen boodschap die je in je achterzak hebt en wel even aan de man/vrouw kunt brengen.
Leg het jezelf dus ook niet op, laat het je niet opleggen. En, gemeente, leg het deze mannen dus ook
niet op. En wat ik nu net gezegd wordt nog versterkt als we tenslotte letten op dat geheim zelf waar Paulus
het over heeft. De inhoud van dat geheim is: de gekruisigde Jezus.
We letten even op hoe Paulus het zegt ­ want het is een tamelijk krasse uitspraak. De oude vertaling
zit in dit geval dicht op de grondtekst. De oudere brs+zrs zullen het herkennen, want dit is altijd een
bekende en geliefde tekst geweest ­ en terecht: `ik had niet besloten iets te weten onder u dan Jezus
Christus en die gekruisigd'. Iedereen snapt wel: Paulus bedoelt hier natuurlijk niet dat je niks hoeft te weten over de Opstanding
en over de Hemelvaart. Trouwens, verderop in de brief besteedt hij een compleet hoofdstuk aan de
opstanding.
Nee, dat hij het hier zo zegt heeft te maken met het gedeelte dat we gelezen hebben, namelijk dat
Joden en Grieken juist van het kruis niks moesten hebben. Voor Joden een aanstoot en de Grieken
met al hun wijsheid vonden het kruis maar dwaasheid. Grote onzin! Voor de Grieken ­ met al hun
wijsheid ­ was het kruis een struikelblok voor hun verstand.
Dus: het kruis ­ daar wilde niemand van weten.
Maar zegt Paulus: dat wil ik juist wél weten. Al het andere kan me gestolen worden. De Griekse
wijsheid en welsprekendheid hoef ik niet. Nee, ik weet niks anders dan Jezus Christus ­ en die
gekruisigd. En zo gaat hij naar Korinte: alleen daarmee. En met niks anders. Dat bedoelt hij met `ik
had besloten niks te weten dan Jezus Christus en die gekruisigd'. Ja, want dat is de diepe boodschap van het Evangelie. De ­ ook in onze ogen ­ tegendraadse
boodschap van het Evangelie. Ik duid het nu vanmorgen alleen even kort aan. De tegendraadse
boodschap is: zelfverloochening, de ander dienen, elkaar liefhebben, niet je eigen belang voorop
stellen. Dat is wat het kruis ons allemaal laat zien. Eerder noemde ik dat in navolging van Tim Keller
het patroon van het kruis. En dat komt in zoveel dingen terug in het leven van elke dag. Hans, Ruud, Harno, Karel, Eelke en Gerrit: besluit ook maar net als Paulus niks anders te weten dan
die diepe boodschap over het kruis. Ga maar alleen met die boodschap op stap. Als diaken net zo
goed als ouderling. Wijs de mensen in je wijk telkens maar op dat omgekeerde patroon van het kruis.
Op het afzien van jezelf, het elkaar dienen. In de gemeente. In de huwelijken, als je misschien ­ dat
kan gebeuren ­ met huwelijksmoeiten geconfronteerd wordt. En ga zo maar door. Misschien kom je wel in situaties dat je met je handen in het haar zit. Je weet niet wat je moet
zeggen of doen. Kom daar maar eerlijk voor uit. En zoek het dan bij het ene wat absoluut vaststaat:
de boodschap van het kruis. Dat is de diepe boodschap van het kruis ­ vanmorgen duid ik het alleen
even kort aan. Zoek het bij de Ene, in wie wij ons behoud hebben: Jezus Christus, de Gekruisigde.
Zoek het bij zijn dienende liefde. Zoek het bij het patroon dat Hij ons heeft voorgedaan, het patroon
van het kruis. Dan is het echt niet erg als je niet alles weet. Als je dit ene dan maar wel weet: de boodschap van de
gekruisigde Christus. Streep alles wat je niet weet daar maar tegen weg. Maar zoek het dan ook bij
alle wat je niet weet ­ zoek het bij de Gekruisigde. Ga dan overtuigd van die boodschap samen zijn
Woord bestuderen en bidden om wijsheid bij dingen waar niet uitkomt. Waarvan je even niet weet
hoe het moet. Dus ­ en nu zeg ik het tegen iedereen: besluit ook maar niks anders te weten dan die diepe
boodschap over het kruis. En besluit dan ook om alleen het patroon van het kruis in je leven te willen
toelaten. Het patroon van de dienende liefde. Een onmogelijke opgave? Nee. Dat kan soms zo lijken.
Maar geloof van harte dat er ­ ook al wordt die boodschap door zwakke mensen gebracht, zoals door
mij en bij u thuis misschien straks door Hans, Ruud, Harno, Karel, Eelke, Gerrit of nog iemand anders
­ kracht zit in de boodschap. En achter die boodschap! Want de Gekruisigde is immers ook de
Gekroonde. Het Lam zit op de troon en is van daaruit actief en laat zijn Geest krachtig werken. Amen